Saturday, July 5, 2008

Het land van Theodore Roosevelt

Gisteravond was ik vast van plan al om zeven uur op te staan om te gaan fitnessen. Maar ik word pas om half acht heel moe wakker. Ik geef mezelf dus nog een half uur, wetend, dat de rest van het gezin daar zeker niet boos over zal worden, al verkondigde Rick vroeg op weg te willen gaan.

Om acht uur fluister ik tegen Rick, dat ik naar boven ga, en hij staat meteen op. Gisteravond wilden Saskia en Kai allebei met mij mee en tot mijn verbazing doet Kai dat ook inderdaad! Hij doet het gewichtentoestel, terwijl ik op de elliptische machine sta. Daarna doe ik ook een paar gewichten. Zoals Christine altijd zegt: "Beter dan een schop in de kont" (vrij vertaald).

Beneden is iedereen hard aan het inpakken, wat niet lang duurt met zijn vijven. De warme gerechten bij het ontbijt vanochtend zijn French Toast sticks en sausage, geen van beiden iets voor mij. Ik doe het dus met een volkoren toast met pindakaas en een halve banaan. Ook erg lekker!

Buiten is het bewolkt, dus we hebben gisteren zeker de beste dag voor de Badlands gehad. Vandaag checken we uit dit hotel en gaan op weg naar North Dakota. Eerst halen we nog wat benzine, die hier nog onder de $4 is, en wat drinken. Het zal een lange rit worden door niemandsland en ik vrees een beetje saai.

Maar die vrees wordt niet bewaarheid. Eerst rijden we door glooiend landschap over de I-90 naar Spearfish (dit gebied zullen we over een paar dagen wat beter gaan verkennen). Daarna draaien we route 85 op naar Belle Fourche. Hier is de jaarlijkse roundup bezig, maar het enige, wat wij daarvan zien is een stukje kermis. Saskia wil er meteen heen, maar gelukkig is hij nog niet open.

Na Belle Fourche rijden we de echte prairie in. Het volgende benzinestation(netje, zien we later) is 44 mijl verderop! We bereiden ons voor op een saaie weg, maar niets is minder waar.

Het is warm, zo'n 35 graden, en naar gelang we noordelijker komen klaart het weer ook op. Dit is de echte prairie. Je kunt heinde en ver zien, maar het is ook heel kleurrijk met de gele bloemen, heuvels, zo af en toe een vijvertje en heel veel vee, koeien en schapen. Het waait ook heel erg hard, geen wonder, dat er zoveel winderosie is hier!


Deze staten behoren tot de minst bevolkte in de VS en ze zijn enorm. In South Dakota wonen ongeveer 750000 mensen en in North Dakota maar 650000! Het landschap is prachtig en er is geen huis of wat ook te zien. Het is enorm wijds en het gras golft met de wind mee, wat ook een heel bijzonder gezicht is.

Het grazende vee heeft hier zoveel ruimte! De Nederlandse koeien zouden jaloers zijn. Geen afgeperkte weides hier, maar eindeloze, onafzienbare ruimtes met zo af en toe wat "buttes" (stenen heuvels) er middenin. Rick en ik genieten en de hele weg hebben we "America, the Beautiful" in ons hoofd. "Across the fruited plains..."

Eens in de tientallen mijlen komen we langs een "plaatsje", wat precies twee huizen telt en misschien een benzinestation. In de prairies zien we meer pronghorn antilopen en ook formaties van rotsen, zoals we in de Badlands gisteren zagen, "buttes" genaamd. De Crow Butte heeft daarvan een interessant verhaal. Het grootste plaatsje, waar we doorheen rijden, Buffalo, heeft 380 inwoners.

Dichter bij North Dakota zien we opeens overal kleine ja knikkers olie uit de grond halen. Ook zien we een aantal boortorens opgezet. Kennelijk is er hier nog heel wat olie te vinden, niet verrassend gezien de geschiedenis.

Op de grens met Zuid en Noord Dakota stoppen we natuurlijk om het staatsbord te fotograferen. Net als een paar dagen geleden met South Dakota en Nebraska zien we ook nu weer een heel aantal kogelgaten in het bord. Wat dat betreft is dit wel echt het "wilde" westen, want in ons gebied zie je die gaten niet.


In Noord Dakota zien we meer echt boerenland: velden met beplantingen, waarvan we graag zouden weten, welk gewas het is. Velden met nette rijen hooi om gebaald te worden en velden met rijen van hooibalen. Ook komen we langs bison ranches, erg leuk om te zien.

Op de kruising met de I-94 is het na enen en de magen rommelen. Het Trapper's Kettle restaurant in Belfield (een "historisch" stadje, dat 100 jaar oud was vorig jaar, voor ons Virginians brandnieuw dus en voor Europeanen helemaal!) ligt precies daar en wij besluiten daar te gaan eten. Het is een echt jacht restaurant en Saskia vindt alle opgezette dieren maar niets.

Het eten is lekker. Ik bestel een soep en salade bar en de soep is een gevulde groentesoep. Ook de salad bar heeft lekkere dingen, vooral enorme radijzen, waar ik dol op ben. Er is ook een ijssalon, waar de kinderen na het eten dessert halen. Ze hebben dropijs en dat wil ik wel even proeven. Ik vraag om een lepeltje en krijg een hele hap, erg lekker en meteen genoeg voor mij!

Om een uur of half drie komen we in Medora aan. We proberen in te checken bij de Americinn, maar zijn nog te vroeg. Dus rijden we meteen het Theodore Roosevelt National Park maar in. Dat begint in Medora en kost $10 voor een auto, maar wij hebben onze jaarpas. Alweer wordt mijn ID gecheckt, ze zijn daar erg streng mee.

Onderweg hebben we al wat van de Badlands hier gezien en ik merk tegen Rick op, dat dit de reden was, dat ik Badlands National Park eerder in de week wilde doen. Nu hebben we twee Badlands parken achter elkaar. Maar het weer kun je nu eenmaal niet beinvloeden.

Al gauw blijkt het ook wel leuk, zo'n verse vergelijking. Van anderen hoorde ik, dat Teddy Roosevelt park zou tegenvallen na het Badlands park, maar dat is voor ons niet het geval. Dit park voelt lieflijker en groener aan. Het South Dakota park is zeker meer "badlands" in de betekenis van "slecht land". Hier is het ook spectaculair, maar meer parkachtig, als ik het zo goed beschrijf.

Opvallend in dit park zijn meteen weer de "prairie dog towns", hele velden vol met de prairiehondjes en hun tunnels. Deze diertjes kunnen ons nog steeds enorm bekoren en Rick en ik proberen de perfekte foto te scoren van deze marmotjes.

Even verderop zien we de Little Missouri River en de kinderen (en wij ook!) hebben wel zin om lekker in en bij het water te gaan spelen. We parkeren de auto bij de camping daar en lopen naar de rivier. Daar zien we allemaal platte stenen en vermaken ons een uurtje met het zeilen van de stenen. Rick en Kai zijn er het best in, sommigen van hun stenen halen zelfs de overkant!

Het water in de rivier is lekker warm en het is ook fijn uit de auto te zijn na zoveel uren. De kinderen genieten en Rick en ik ook. Kai is helemaal enthousiast als hij een enorm stuk versteend hout vindt. Hij wil het mee naar huis nemen, maar we zijn in een National Park en dan is dat verboden. We maken er dus maar een foto van en dan gooit hij het terug in de rivier. Later zien we op de picknick tafel het fossiel van een bot liggen. Er is hier duidelijk heel wat te vinden!


De prairiehondjes blijven leuk en bij iedere "town" blijven we even kijken. De weg door het park is 36 mijl lang (zo'n 60km), maar er zijn minder officiele uitkijkpunten, dan in Badlands National Park. Daarentegen kun je hier gewoon stoppen en de heuvel oplopen en een prachtig vergezicht hebben. Het voelt regelmatig alsof we alleen op de wereld zijn, want dit park is helemaal niet druk bezocht.

Op een gegeven moment moeten we stoppen, omdat een kudde wilde paarden de weg verspert. Er zijn drie veulentjes aanwezig en we krijgen ruimschoots de tijd om ze te fotograferen en filmen.


We lopen een aantal korte weggetjes de heuvels in om de badlands te overzien. Bij Buck Hill is het een klim omhoog, maar zeer de moeite waard. In de verte zien we drie verschillende kuddes bisons (buffalo) grazen en de kleuren zijn in de late middag zon spectaculair.


Ook de Badlands Overlook is zeer de moeite waard, maar alleen ik ga eruit om te fotograferen. De rest van het gezin is wat park moe, dus het is goed, dat we bijna bij de uitgang zijn.

Bij de laatste prairiehondjes colonie leeft iedereen weer wat op, maar het is mij wel duidelijk, dat ik de enige van het gezin, met mogelijke uitzondering van Kai, ben, die echt dol is op dit soort natuurverkenningen.


Bij de Americinn is onze suite nu klaar en we krijgen de "Roosevelt" suite. Die heeft een king size bed, een sofa bed en een jacuzzi bad in de kamer. Groot genoeg voor ons vijven dus, maar niet genoeg slaapplaatsen. Gelukkig hebben we een luchtmatras mee, maar ik had ook een extra bed besteld en dat is er niet. Om dat te krijgen neemt nogal wat voeten in de aarde met de Oost-Europese jongen achter de balie.

Eerst gaan we dan maar eten. Het stadje is hier vlakbij, maar Saskia heeft last van de littekens van haar operatie, dus we besluiten toch maar tot dichterbij te rijden. Iemand had ons de Little Missouri Saloon aangeraden, maar die heeft (zo te zien) geen terras. De Iron Horse Saloon heeft dat wel en het is super lekker weer.

We hebben geluk, want het restaurant zit vol, maar net als wij aankomen, gaan er een aantal mensen weg. Wij kunnen dus meteen plaatsnemen. Voor ons is dit restaurant een aanrader. De service is snel, het eten lekker en precies klaargemaakt, zoals gevraagd. En ik kon er eens iets anders, dan steak eten: heerlijke brochettes met garnalen en gegrilde krieltjes. Super!

We raken aan de praat met een ouder stel naast ons, die in Fargo, North Dakota, wonen. Zij vragen mij, wat ik van de wijn (Yellowtail) denk en vertellen over lekkere wijn van Trader Joe's in Minneapolis, en dan wil ik ook wat meer van hen weten. Zij komen hier ieder jaar en genieten altijd weer. Ik kan het me voorstellen.

Rick, Katja en Saskia willen graag nog een ijsje als dessert. Alweer hebben ze dropijs en ik vraag nog een hapje. Ik vind het echt lekker ijs! Misschien moeten ze in Nederland beginnen, die smaak zou zeker aanslaan (maar misschien is dropijs nu al heel gewoon als smaak daar, ik ben tenslotte al heel lang weg).

Moe van alle indrukken gaan we terug naar het motel. Iedereen heeft vanavond een eigen bed, nadat ik nadrukkelijk om een rollaway heb gevraagd. Hier komt wel een trein langs, regelmatig, hopelijk niet zoveel vannacht! Morgen gaan we verder naar het westen.

9 comments:

Anonymous said...

Mooie dag weer!
Dropijs is hier sporadisch te koop, nooit geproefd, moet er niet aan denken, yuck!

Hoop dat jullie niet al te veel last hebben van voorbij rijdende treinen!

gr, Ineke

Anonymous said...

Leuk hoor Petra, weer zo'n uitgebreid verslag iedere dag.

Wat een uitgestrektheid hè, als je zo over "The Plains" rijdt. Alsof de wegen geen einde lijken te hebben. Ik vind die brede horizonten dan zo prachtig en als er ander weer op komst is, kan je dat al van verre zien aankomen.

Veel plezier verder.

Groet, Marco.

Anonymous said...

Met belangstelling heb ik je verhaal over het Theodoor Roosevelt Park gelezen. North Dakota is de enige staat daar in het noorden waar we nog niet zijn geweest en uiteraard staat dit op ons nog to do lijstje. Ik mag het dus niet overslaan als ik jouw verhaal zo lees.
Het landschap de uitgestrektheid e.d. heeft ook zeker zijn charme en kan mij ook wel bekoren. Het is daar ook minder toeristisch en dat spreekt mij ook aan.
Geniet ze verder en de groetjes van
Marjan

Annemiek said...

Weer een leuke dag hoor. Heel lang geleden zijn we eens in dat gebied geweest, erg leeg!

Nel said...

Met plezier heb ik je verslag "bijgelezen" weer eens heel iets anders dan de bekende reisverhalen.
Ik wens jullie nog heel veel leuke dagen in dit uitgestrekte gebied. Heel bijzonder/

Anonymous said...

Mooi dat land van Theodore Roosevelt. Maar wel eenzaam. Hadden jullie geen moeite om wakker te blijven tijdens het rijden in die uitgestrektheid?
Leuk hè, die prairiediogs. Het lukte mij niet om ze op de foto te krijgen.
Ik hoop dat jullie rustig kunnen slapen vannacht.

groetjes Marjon

Anja said...

Wat een prachtig uitgestrekt gebied daar. Leuk die kleine prairiehondjes.

Anonymous said...

Geweldig wat jullie allemaal gezien hebben. Zoveel! Prachtige plaatjes ook.
Ik kan me die vreselijk lange treinen nog wel herinneren....de hele nacht door.
(p.s. ik heb geen google account en kan soms niet reageren....ik lees wel hoor!!)

Anonymous said...

goede start